Jazz heeft als muzieksoort in Spanje nooit echt grote successen kunnen vieren. Misschien daardoor heeft het er een geheel eigen taal kunnen vinden, in een mengeling met een muzieksoort, die de identiteit van de Spanjaard voor een groot deel bepaalt, de flamenco. Zo zouden van origine pure jazz-musici als saxofonist Jorge Pardo, contrabassist Carles Benavent en de pianist Tete Montoliu de jazz samenkomen flamenco-musici als Paco de Lucía en een geheel eigen stijl ontwikkelen: de 'Flamenco Fusión'.
Vóór 25 januari 1966 kreeg de jazz, sinds het ontstaan in de laagste sociale klassen in het zuiden van de Verenigde Staten een grote opmars begonnen in Europa, in Spanje nauwelijks een voet aan de grond. Pas toen Duke Ellington en Ella Fitzgerald op die dag kwamen optreden in het 'Palau de la Música' te Barcelona kreeg het een eerste echte impuls. In datzelfde jaar werd het 'Festival de Jazz de San Sebastián' geboren en een maand later dat van Barcelona, met Dave Brubeck, Paul Desmond, Sonny Rollins, Max Roach en Tete Montoliu.
Tete Montoliu
Natuurlijk waren er al wel Spaanse jazz-musici, als Tete Montoliu (1933-1997), die op den duur van groot belang zou zijn voor de ontwikkeling van de jazz in Spanje. Deze pianist trad al op tijdens de festivals van Cannes (1958), San Remo (1959) en Berlín (1961) en had grote indruk gemaakt binnen de internationale jazz-wereld. Hij speelde samen met jazzgiganten als Dexter Gordon, Ben Webster, Chick Corea en Niels-Henning Ørsted Pedersen en ontwikkelde, oorspronkelijk onder de invloed van Bud Powell en -in mindere mate- Lennie Tristano, een eigen percussieve, 'bluesy' stijl met 'swing'-accenten. Hij wordt dan ook beschouwd als de meest internationale exponent van de Spaanse jazz.
Andere namen zijn o.a. Ricardo Miralles (1944), die na een lange professionele relatie met de 'cantautor' Joan Manuel Serrat een solo-carrière begon, Lou Bennett (1926-1997) -hoewel hij in de Verenigde Staten was geboren speelde een belangrijk deel van zijn carrière zich af in Frankrijk en Spanje-, saxofonisten Pedro Iturralde (1929) en Abdu Salim (1950), en bassist Carlos Benavent (1954).
Valencia jazz-hoofdstad van Spanje
Door muzikanten als saxofonist Perico Sambeat (1962), Ximo Tebar (1963) en trombonist Toni Belenguer, allen uit Valencia, zou deze stad lange tijd beschouwd worden als de jazz-hoofdstad van Spanje. Dit met permissie van Andalusische muzikanten als gitaristen Tito Alcedo en Nono García, pianisten Chano Domínguez en Henry Vincent, trompettist Julián Sánchez, saxofonist Pedro Cortejosa, contrabassist Francisco Posé en zangeres Celia Mur.
De Catalaan Carles Benavent is vooral bekend geworden als lid in de groep van Chick Corea. Hij nam als bassist deel aan twee albums, 'Touchstone' (1982) en 'The Joburg Sessions' (1983). Tegelijkertijd introduceerde hij de 'Flamenco Fusión' in New York, samen met saxofonist Jorge Pardo (1956). Zij vormden de groep 'Zebra Coast' met Gil Goldstein, Alex Acuña, Don Alias, Mino Cinelu en Wolfgang Muthspiel. Ook Pedro Iturralde (1929) en pianist Chano Dominguez (1960) kunnen beschouwd worden als pioniers van de vermenging van jazz met flamenco. De laatste experimenteerde daar mee met musici als Donald Byrd, Lee Konitz en Tete Montoliu, en speelde samen met de grootste flamencogitarist, die Spanje misschien ooit heeft voortgebracht, >>Paco de Lucía (1947-2014).
Flamenco-jazz
In 1988 lanceerde de groep 'Pata Negra' een versie van 'How high the moon' met flamenco invloeden. Ëén van zijn leden, Raimundo Amador, had eerder in 1979 deelgenomen aan 'La Leyenda del Tiempo, een album die de conservatieve flamencowereld op zijn kop had gezet omdat die flamenco vermengde met jazz en rock. Gitarist Gerardo Nuñez nam met saxofonist Javier Paxariño in 1989 een album op genaamd 'Flamencos en Nueva York', als hommenage aan pianist Gil Evans (1912-1988), die in 1959-60 een belangrijke rol had in een samenwerking met Miles Davis met als resultaat het gevierde album 'Sketches of Spain'.
In 1992 werd een project opgericht door Gerardo Núñez, Chano Domínguez en Carles Benavente, genaamd 'Jazzpaña', gewijd aan dezelfde Gil Evans en de flamencozanger >>Camarón de la Isla (1950-1992). De laatste kan gezien worden als de verantwoordelijke voor 'La leyendo del tiempo' (1979), één van de allereerste uitingen van 'Flamenco Fusión'. Aan dit project, met een scheef oog naar 'Sketches of Spain', maakten o.a deel uit: Vince Mendoza, J. Manuel Cañizares, Al Di Meola, Jorge Pardoy, Rubem Dantas en Ramón el Portugues. Één van de bekendste composities Camarón, 'Yo soy gitano' werd erin samengebracht met een 'Big Band' van 38 musici. Deze opname zou genomineerd worden voor twee 'grammy's'.
Andere jazz-vormen
Ook de experimentele jazz en de jazz-rock zouden hun kansen krihgen in Spanje, dankzij saxofonisten Valentín Álvarez, eerdergenoemde Javier Paxariño en Wade Matthews, contrabassisten Baldo Martínez en Zé Eduardo, gitarist Max Sunyer en groepen als 'Pegasus', 'Clónicos', 'Zyklus'. Drummer Jordi Rossy speelde samen met Paquito de Rivera en Brad Mehldau, duizendpoot Chano Domínguez met George Mraz en Jeff Ballard en Ignasi Terraza met Gregory Hutchinson en Pierre Boussaguet.
Fotos: Jazzpaña II; Tete Montoliu; Celia Mur; Gerardo Núñez; Javier Paxariño